Niet één grote taart, maar heerlijke, knapperige taartjes gevuld met een smeuïge amandelvulling. Één van deze taartjes verbergt een boontje… wie zal de koning(in) zijn?

Bereidingstijd: 15 minuten

Baktijd: 30 minuten

  1. Doe het amandelmeel, de fijne bietsuiker, de zachte boter en het amandelextract in een kom en meng tot een egaal mengsel. Voeg de eieren één voor één toe en meng telkens goed tot een gladde vulling. Doe de vulling in een spuitzak.
  2. Snij 16 cirkels uit de bladerdeegvellen van ongeveer 10-12 cm diameter (gebruik bijvoorbeeld een kommetje als sjabloon). Voor elk taartje heb je twee cirkels nodig. Leg een cirkel bladerdeeg op een met bakpapier beklede bakplaat. Spuit een gelijkmatige laag vulling op de cirkel, maar laat ongeveer 2 cm vrij langs de randen. Herhaal voor alle taartjes. Verstop de amandel in één van de taartjes.
  3. Klop 1 ei los met een beetje water. Bestrijk de randen van de bladerdeegcirkels. Dek alle taartjes af met een tweede cirkel bladerdeeg en druk de randen stevig aan. Gebruik het botte deel van een mes om decoratieve inkepingen langs de randen te maken. Maak met een scherp mesje een decoratieve inkepingen bv in een vorm van een bloem in de bovenkant van elk taartje. Bestrijk de bovenkant van de taartjes met het losgeklopte ei.
  4. Bak de taartjes eerst 15 minuten in een voorverwarmde oven op 185°C (hete lucht). Verlaag daarna de temperatuur naar 170°C (hete lucht) en bak nog 15 minuten, tot de taartjes goudbruin en knapperig zijn.

Ingrediënten

8 personen

  • 3-4 vellen bladerdeeg
  • 135 g Tiense Fijne Bietsuiker
  • 135 g amandelmeel
  • 120 g zachte boter
  • 2 eieren + 1 ei voor bestrijken
  • 1 tl amandelextract
  • 1 hele amandel of boon

Share: