1. Roer 250 ml warme melk, de gist en 1 eetlepel Fijne Suiker in een kom door elkaar. Laat 5 min. staan.
  2. Meng 110 g Fijne Suiker, 55 g gesmolten boter, de eieren en het zout samen. Voeg hierbij het bloem toe.
  3. Kneed het deeg dankzij een keukenrobot met deeghaken. Laat hierna het deeg 30 min. afgedekt rusten op een warme plek.
  4. Leg het deeg op een bebloemd oppervlak. Rol het uit tot een rechthoek. Neem hierna nog 55 g zachte boter, de kaneel en de Cassonade Graeffe en meng alles samen. Verdeel hierna het mengsel over het deeg.
  5. Rol het deeglapje tot een rol. Snij in 12 stukken waarvan je er 6 op een bakplaat zet.
  6. Snij de andere 6 rollen in de helft en vorm oren. Bestrijk met wat gesmolten boter en laat het bakken op 180 ° C gedurende 20 min.
  7. Meng de roomkaas, nog 1 tl melk en de Bloemsuiker om glazuur te maken. Giet over de kaneelbroodjes voor een mooie afwerking.

Ingrediënten

  • 500 g bloem
  • 260 ml melk
  • 7 g gist
  • Tiense Fijne Suiker
  • 70 g Tiense Bloemsuiker
  • 110 g zachte boter
  • 2 el roomkaas
  • 220 g Cassonade Graeffe
  • 2 eieren
  • 1 tl zout
  • 2 el kaneel